Jaren nadat de Republiek in het Rampjaar 1672/73 op een haar na ten onder ging, reisde de gewezen textielkoopman Andries Schoemaker de geteisterde plekken af, tekende wat hij zag en schreef op wat ooggetuigen hem nog konden vertellen. Hij bezocht ook het Noorden, dat vooral onder aanvallen van de bisschoppen van Münster en Keulen had te lijden. Het is een interessant relaas omdat de Rampjaarherdenkingen zich – niet heel onlogisch – vooral op het Sticht en Holland concentreren.
Roddel en achterklap hielden stadhouder Willem Frederik van Nassau uit de slaap, daar getuigt zijn dagboek over de jaren 1640 van. De Aylva’s, Van Harens en Eysinga’s vlogen elkaar in de haren in hun strijd om eer, bezit en banen. Yme Kuiper reconstrueert het verhaal rond de verdwenen Jousma State in Wirdum.
Het vuur van zijn vader Harmen wilde bij Onno Sytstra maar niet ontvlammen. Een Friese Beweger was hij zeker, maar hij doolde almaar verder in een lethargisch niemandsland.